Studeerde aan het conservatorium van Antwerpen en vervolmaakte zich aansluitend bij de Operastudio Vlaanderen en de Muziekkapel Koningin Elisabeth, waar ze gecoacht werd door Susanne Eken en José Van Dam.

Ondertussen was ze te gast bij de Wiener Festwochen en het festival van Aix-en-Provence en nadat ze in 2005 haar debuut had gevierd bij de Bayerische Staatsoper (Munchen) in “Medusa” van Arnaldo De Felice, zong Hendrickje er Oscar in “Ballo in Maschera” en Voce dal Cielo in Verdi’s “Don Carlo”, o.l.v. Zubin Mehta die haar uitnodigde om in Tel-Aviv onder zijn leiding Blondchen (Entführung aus dem Serail) te zingen. Een rol die ze ondertussen ook aan het Liceu van Barcelona en in de Munt vertolkte.

Meer recent (2012) vierde ze haar debuut aan de Staatsoper unter den Linden Berlin, in Al gran sole carico d’Amore (Luigi Nono) ;  vertolkte ze voor de 2de keer “Krisitin” in Julie van de Belgische componist Philippe Boesmans (opera van Limoges), maakte ze haar opwachting bij Nederlandse Opera Amsterdam (huisdebuut) als “Norma Jean”  naar aanleiding van de wereldcreatie Waiting for Ms Monroe van Robin de Raaff en zong ze met groot succes Elena (Il Cappello di Paglia di Firenze, Nino Rota) bij de opera’s van Nantes en Angers (huisdebuut)..
Binnenkort zingt ze onder meer Clorinda in een nieuwe productie van La Cenerentola bij ONR in Straatsburg (okt//nov. 2013 > regie, Mariame Clément).

Andere hoogtepunten in het seizoen 2013/2014 vormen haar medewerking aan een concerttournee met Haendels Messiah (Orchestre des Pays de la Loire onder de leiding van Hervé Niquet), haar optredens in het kader van de Nieuwjaarsgala's bij de Vlaamse Opera en de concerttournee met het Brussels Philharmonic onder de leiding van Richard Egarr, waarbij ze de sopraan solo in Bachs Matthäus Passion zal vertolken.

Naar aanleiding van de wereldcreatie in 2005 van Philippe Boesmans’ opera Julie was Hendrickje Van Kerckhove voor het eerst te horen in de Munt. Ondertussen prijkte ze er ook met “Blondchen” (Entführung), “Ernestine” (Monsieur Choufleuri/Offenbach), “Sophie” (Werther), “1. Blumenmädchen” (Parsifal) en ten slotte "Dircé"(Médée/Cherubini in de succesvolle regie van Kr. Warlikowski, op de affiche.

In 2008 vierde ze haar debuut aan het Theater an der Wien met Soeur Constance (Dialogues des Carmélites), een huis waar ze ondertussen als Maja in de werdeldcreatie van “Die Besessenen” van J. Kalitzke en als Najade (Ariadne) te horen was. Bij de Vlaamse Opera verleende ze haar medewerking aan Don Giovanni (Zerlina), Wagners Ring (Woglinde), Dialogues des Carmélites (Soeur Constance), La Sonnambula (Lisa) en aan Guy Joostens legendarische Cosi fan tutte in de rol van Despina – een rol die ze hernam aan de Opera van Straatsburg, een huis waar ze in december 2011 haar roldebuut in Adèle (Fledermaus) vierde.

ECHO (European Concert Hall Organization) verkoos haar in 2008 tot “Rising Star” de titel ging gepaard met optredens in het Musikverein Wien, Concertgebouw Amsterdam, Megaron Athene en de kamermuziekzaal van de "Filharmonie" van Luxemburg.

Hendrickje zong o.l.v. Philippe Herreweghe, Kazushi Ono, Patrick Fournillier, Ivan Törzs, Michel Tilkin, Enrique Mazzola, Zubin Mehta, M. Barbacini, Marc Soustrot, Paul Daniel, Patrick Davin, Pierre Cao, Ed Spanjaard,  Andreas Spering, Bertrand de Billy, Theodor Guschlbauer, Louis Langrée, J. Cl. Casadesus, Walter Weller, Christoph Spering , Roland Böer, David Afkham, Hervé Niquet en Ingo Metzmacher en werkte samen met regisseurs als Guy Joosten, Christopher Loy, Luc Bondy, Ivo Van Hove, Fr. Dussenne, Robert Carsen, Kasper Holten, David MacVicar, Harry Kupfer, Romeo Castellucci, Matthew Jocelyn, Waut Koeken, Katie Mitchell en het duo Leiser Caurier.

In concert is ze regelmatig te horen met alle grote Belgische orkesten (Brussels Philharmonic & VRK, Symfonieorkest Vlaanderen, deFilharmonie, Orchestre Philharmoinque Royal de Liège, Nationaal Orkest van België. Voorts trad ze op met het Ensemble orchestral de Paris (Théâtre des Champs Elysées), Camerata Academica Salzburg (Musiktriennale Köln), het RSO/ORF Wien (in het Musikverein Wien en het Brucknerhaus Linz), das Neue Orchester (TCE, Paris), het Residentieorkest Den Haag en Le Concert Spirituel Dixit Dominus, Haendel).